Portret van de oud-profvoetballer en voetbalanalist bij het televisieprogramma Voetbal International René van der Gijp (*1961) die geheel onverwacht een burn-out kreeg.

Bijna twintig jaar lang droeg voetballer Wim Kieft een groot geheim met zich mee. Dat is nu voorbij. Aan Michel van Egmond, auteur van de mega-bestseller GIJP, vertelde hij zijn onwaarschijnlijke verhaal. KIEFT is het verslag van een bittere strijd tegen zijn verslaving. Tegen de demonen in zijn hoofd. Maar het is ook een hoopvol relaas over de voorzichtige wederopstanding van een veerkrachtig mens. Het is een boek vol zelfspot en trots. Triest en soms grappig tegelijk. Het gaat over Ajax, PSV, Oranje en uiteraard over die gedenkwaardige kopbal tegen Ierland in 1988. Maar het gaat ook over schuld en schaamte, over eenzaamheid en angst, over de druk, over het eeuwige onvermogen om te genieten van succes. En over de dagelijkse strijd die hij voert om clean te blijven. 'Ik ben blij dat ik weer leef,' zegt hij op een van de laatste bladzijden van dit openhartige boek. 'Écht leef.' Want boven alles is KIEFT een boek over hoop

Including topics as diverse as feminism and its relationship to the marketplace, plagiarism and copyright, silence and forgetting, and myth in a digital age, this book explores the role of rewriting within feminist literature from the 1970s onwards in relation to the theme of cultural memory.

De Kleine Komedie bestaat al 225 jaar en is daarmee het oudste theater van Amsterdam. Het heeft een veelbewogen geschiedenis achter de rug van verwaarlozing, geldgebrek, dreigende afbraak en talloze verbouwingen. In de achttiende eeuw werd er Franstalig toneel opgevoerd, in de negentiende eeuw fungeerde het als kerk en begin twintigste eeuw werd het pand onder andere gebruikt als bioscoop, verenigingsgebouw, veilingplaats en tijdens de Tweede Wereldoorlog zelfs als fietsenstalling. In de tweede helft van de twintigste eeuw werd de Kleine Komedie het fameuze theater voor gevestigde en aankomende kleinkunstenaars. Eerst voor Toon Hermans en Wim Kan, later voor Youp van t Hek, Brigitte Kaandorp, Hans Teeuwen, Theo Maassen en vele anderen.

De beeldenstorm, het ontzet van Leiden en de moord op Willem van Oranje - het zijn legendarische momenten uit de Nederlandse vrijheidsoorlog, die het begin van een ongekende bloeiperiode markeren: de Gouden Eeuw. Het was een tijd waarin de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden met ontzag werd gadegeslagen en de voc de lakens uitdeelde op de wereldzeeën. Het waren mooie jaren voor avonturiers: ontdekkingsreizen, veldtochten en zeeslagen stonden borg voor spektakel. En telkens waren er individuen die aan het papier toevertrouwden wat ze zagen. In "Ooggetuigen van de Gouden Eeuw" heeft René van Stipriaan de opmerkelijkste verslagen bij elkaar gebracht. We zien de jonge Filips II geldstukken uitstrooien in de straten van Antwerpen, we gaan met Maurits de Slag bij Nieuwpoort in en we zijn aanwezig bij de politieke moord op de gebroeders De Witt. Ook vinden we in deze bundel talrijke getuigenissen van het "normale" leven. En we betrappen vele beroemde Gouden Eeuwers in hun alledaagse doen en laten: de jonge Rembrandt in zijn atelier, Huygens aan het ziekbed van zijn vrouw Sterre, en Anthonie van Leeuwenhoek die door de microscoop naar zijn eigen sperma kijkt. In meer dan honderd reportages geeft Ooggetuigen van de Gouden Eeuw een verrassend beeld van een glorieus tijdperk. In deze nieuwe editie zijn vele verslagen voorzien van bijzondere, aangrijpende en vaak verrassende illustraties, waardoor de beschreven gebeurtenissen nog sterker op de lezer zullen inwerken.

Lang voordat de Britse majoor Walter Clopton Wingfield op 23 februari 1874 octrooi kreeg voor zijn uitvinding 'A New and Improved Portable Court for Playing the Ancient Game of Tennis', het huidige lawn tennis, werd er al een soort tennis gespeeld, door Wingfield met zekere eerbied 'The ancient game of tennis' genoemd. Dit oude spel wordt ook nu nog beoefend en wel onder de naam real tennis. De oorsprong ervan ligt in Frankrijk, waar monniken in de twaalfde eeuw ter ontspanning jeu de paume speelden. Via het dak boven de galerijen van de kloosterhof probeerden zij de bal in de openingen van de galerijen te mikken. De tegenpartij moest dit voorkomen door de betreffende opening af te schermen en de aangespeelde bal met vlakke hand terug te slaan. Zelfs bisschoppen speelden een partijtje mee. Eind dertiende eeuw ging men het jeu de paume ook buiten de kloostermuren beoefenen, waarbij enkele elementen werden aangepast aan de nieuwe omgeving. In Engeland werd dit spel tennis genoemd, in de Nederlanden kaatsspel. Het was in die tijd een echte volkssport. Het werd op straat gespeeld, bij voorkeur vlakbij een herberg. Langs het speelterrein was een dakje waarlangs de bal werd aangeslagen. Een gokje op de uitslag hoorde erbij. Er was echter ook een variant die gespeeld werd op de adellijke kastelen en hoven. Hendrik VIII was een groot liefhebber van het tennis. Al in 1532 lag er bij zijn paleis Hampton Court een tennis court. Ook zijn tijdgenoot, de hertog van Gelre Karel van Egmond, sloeg graag een balletje. Hij deed dit niet, zoals in het begin van de zestiende eeuw nog gebruikelijk was, met zijn blote hand, maar gebruikte een tennisracket. De eerste rackets waren afkomstig uit Nederland en Vlaanderen. Toen de hertog in 1528 door zijn voorraad rackets heen was, liet hij een nieuwe partij uit Brabant komen. Tegen het einde van de zestiende eeuw lieten steeds meer eigenaars hun banen overdekken. Willem van Oranje kon zich zowel uitleven op zijn open caetsbaan op het Haagse Binnenhof als op de overdekte baan die rond 1560 bij zijn Kasteel van Breda werd gebouwd. Ook Maurits speelde regelmatig. In 1591 kwam het geuzenlied Het Kaetspel van syne Excellentie uit: een allegorie op het tennis van deze prins. In de Gouden Eeuw was tennis, ondanks de bezwaren van verschillende pedagogen, het populairste balspel. De toenmalige tennisspelers konden hier terecht op zo'n tweehonderd kaatsbanen. Koningen, hertogen, graven, de prinsen van Oranje, gegoede burgers, studenten, maar ook het gewone volk: iedereen speelde tennis. Bij de handel in tennisballen en rackets en niet te vergeten de weddenschappen die afgesloten werden, ging heel wat geld om. In de loop van de achttiende eeuw nam de belangstelling voor het tennis af. In de steden gebruikten rondtrekkende toneelgezelschappen de kaatsbanen als theater. Na verloop van tijd werden vrijwel alle banen gesloopt. Slechts twee banen zijn bewaard gebleven: de Caetsbaen Huis ter Kleef (nu kantoor Stadskwekerij) en Caetsbaen Huis Bergh (appartementen). Beiden werden rond 1560 gebouwd. De Bondt geeft in vlot proza een fascinerend beeld van de ontwikkeling van het tennisspel, de tennis-attributen en de regels, van de spelers, de kaatsbaanhouders, de ballenmakers en de markers en van de plaats van het tennis in literatuur en samenleving. 'Heeft yemant lust met bal, of met reket te spelen...?' bevat bovendien ruim vijftig illustraties. Een prachtig boek voor iedereen die geinteresseerd is in de zestiende- en zeventiende-eeuwse cultuur.

Uitgegeven ter gelegenheid van de tentoonstelling Ode aan Ede.

Zo’n vijftig carrièrevrouwen (meesterkoks, journalistes en tv-personalities zoals Dieuwertje Blok, Marjan Berk en Astrid Joosten) vertellen het verhaal over hun relatie met koken in combinatie met hun carrière. Bovendien presenteren zij originele en vooral heel persoonlijke receptuur.

Verslag van een reis door Zuidoost-Mexico op zoek naar de geschiedenis van de Maya's, alsmede een beschrijving van het alledaagse leven van de Maya's voor de komst van de Spanjaarden en de teloorgang van de Maya-beschaving.

An ideal read for chess players looking to improve their understanding of the semi-closed openings, this book provides a unique insight into the way a top Grandmaster approaches opening theory.

In this fourth and concluding volume of Anatoly Karpov’s semi-closed openings series, the most important developments in the Grunfeld, Queen’s Indian, King’s Indian, and Nimzo-Indian Defenses are explained and examined.

Each variation is analyzed in depth, using complete games from recent Grandmaster play to illustrate how opening ideas are put into action in the middlegame and endgame.

Schaakboek. Zeer gedetailleerd systeem voor zwart om zich te verdedigen tegen zowel 1. D4 als 1. E4. Met veel diagrammen,  

A favourite of Nigel Short, Britain's leading challenger for the World Championship, and of previous champions, Anatoly Karpov and Tigran Petrosian, the Queen's Indian is one of the Black's most reliable defences. It has been tried and tested at Grandmaster level and is a popular choice for club players. This volume analyzes each of the major variations of this defence.

Dit boek leest als een motorrijdreis door Nederland. Al bladerend zien we hoe alles verandert: ons land, de motorrijders en hun machines. En soms is het alsof de tijd heeft stilgestaan...

In the world of motorcycles, there is nothing like a Harley-Davidson. And there is no book like this one about America's iconic bike. Celebrating the motorcycles that have made Harley-Davidson an American legend, this book showcases the standout models of the past 100 years. Period photographs and new color images feature the classic Harleys from Flatheads, Knuckleheads, Panheads, Shovelheads, Evolutions, and Twin Cams to Sportsters and the new V-rod. Lively text chronicles the company's century, from the early years when Harley-Davidson grew from a backyard enterprise into the world's biggest producer of motorcycles, to the Evolution revolution, which saw the company come back to self-management--and its greatest success ever.

For more than 100 years, Harley-Davidson has been the motorcycle--a beautiful machine combining power, performance, and infinite cool in all of its forms. And this is the Harley-Davidson book, conveying the full story and all the excitement of America's motorcycle.

Weet u waarom water sneller kookt in een vliegtuig en dat het om die reden onmogelijk is om een perfecte kop thee te zetten tijdens de vlucht? En wist u dat het menselijke oog is bij goed zicht en volslagen duisternis zo gevoelig is dat u vanuit een vliegtuig op kruishoogte een kaars op de grond kunt zien branden?

In het boek ´Waarom water sneller kookt in het vliegtuig´ maakt u een reis langs wetenschappelijke ontdekkingen en volgt u de hele vlucht, van inchecken tot landen. Het staat vol met verbazingwekkende feiten uit de natuurkunde, scheikunde, mechanica, aardrijkskunde en nog veel meer. Het biedt ideale lectuur voor wie een vliegreis maakt of gaat maken - of gewoon geïnteresseerd is in de kunst van het vliegen.

Meer dan 150 recepten om af te vallen en gezond te blijven. De inleiding behandelt de theorie achter een koolhydraatarm dieet en geeft een overzicht van diverse ingrediënten en kookmethoden. U vindt in één oogopslag het koolhydraatgehalte en de glycemische index van veel alledaagse producten. U krijgt nuttig en vakkundig advies over de voedingsstoffen die u nodig heeft voor een goede gezondheid en u krijgt praktische tips over hoe u een koolhydraatarme levensstijl het makkelijkst vol kunt houden. Bij elk recept staat een overzicht van de voedingswaarde.

Waarom raken we tot tranen toe geroerd wanneer we iemand anders horen zingen? Waarom blijven diva's doorzingen, ook als ze geen stem meer hebben? Ontroeren dode zangers meer dan levende? Waarom hield Richard Strauss zoveel van sopranen? En waarom liet Puccini hen zo erg lijden? En wat is het geheim van Wagner? En waarom moest juist Fritz Wunderlich van de trap vallen? In 'Zang' schrijft Bas Heijne over de raadsels van de menselijke stem. In een persoonlijke en speelse stijl schrijft hij over zijn bezoek aan zijn idool, de oude sopraan Mirella Freni, over het zingen tegen de dood en de vergankelijkheid, over een bejaardenhuis vol operazangers en over het onverbeterlijke operettegevoel. Op originele wijze verkent Heijne de wereld van de gezongen klassieken, hij schrijft verhelderend over de opera's van grote componisten als Puccini, Strauss en Wagner. Maar steeds weer gaat het hem om dat ongrijpbaarste van alles mysteries, de betoverende aantrekkingskracht van de zingende stem.

Chagrijnige stewards die een laxeermiddel in je drankje doen? Gehandicapte passagiers die op wonderbaarlijke wijze weer kunnen lopen? Welke kleren draag je om een upgrade te krijgen? Het aantal onderbroeken en gebitten dat wordt achtergelaten in het vliegtuig? Wat doe je met het lichaam van iemand die overlijdt tijdens de vlucht? Wat gebeurt er met je bagage als je incheckt? En is dat veilig? Ben jij veilig? Geen idee? Lees Air Babylon.

Belgian teenager Jeffrey transforms from breakdancer into neo-nazi and back (2003-2011). Exhibited in Foam (2006), Melkweg Galerie (2008) and Nederlands Fotomuseum (2011). Published over 10 pages in Vrij Nederland, with an introduction by Harmen Eden Botje.