We zijn bang, banger dan vroeger: voor terrorisme, voor de islam, voor Europa, voor de globalisering, voor de teloorgang van normen en waarden. We hunkeren naar veiligheid, omdat we onze oude zekerheden van geloof, gemeenschap en ideologie hebben opgegeven. Maar is er reden om zo bang te zijn?
In LAND VAN LAFAARDS? relativeert Peter Giesen onze hedendaagse angsten, door ze te vergelijken met de angsten van onze ouders en grootouders. Want Nederlanders zijn altijd bang geweest: voor de Russen, voor de kernbom, voor het verlies van Indië, voor zedenverwildering. Soms waren die angsten terecht - de twintigste eeuw bracht verschrikkingen die ons voorstellingsvermogen te boven gingen. Maar vaak ook kijken we nu geamuseerd terug op de angsten van vroeger.
LAND VAN LAFAARDS? is behalve een geschiedenis van de angst, óók een geschiedenis van het twintigste-eeuwse Nederland. Dat is vaak beschreven als een vreedzaam, maar slap en bang landje. Volgens Peter Giesen is dat slechts een halve waarheid, gebaseerd op weinig heldhaftige episodes als de Duitse bezetting en Srebrenica. Maar Nederland kende ook daadkrachtige perioden: het trad keihard op tegen antidemocratische stromingen als het fascisme en het communisme en in Indië ging Nederland ongekend agressief tekeer, bij vlagen zelfs met genocidale trekjes.