Traditionally, texts and images have been discussed together on the assumption that they are 'sister arts,' but in Reading Iconotexts Peter Wagner pushes beyond the world-image opposition in a radical attempt to break down the barriers between literature and art. He sets out here the new approach he has identified for dealing with the 'iconotext'—a genre in which neither image nor text is free from the other. Examples include Swift's Gulliver's Travels, a number of William Hogarth's best-known engravings, and a sample of the so-called 'obscene' propaganda prints that were published during the French Revolution. Throughout, the author argues for the importance of seeing text and image as mutually interdependent in the ways they establish meaning. It becomes clear in the course of Wagner's exposition that one cannot study prints without taking into account their accompanying inscriptions; whilst illustrated books contain two kinds of 'text'—one verbal, one visual—that are invariably at odds with one another. Drawing on theories of intertextuality and semiotics as developed by Barthes and Kristeva, as well as post-structuralist studies by Derrida, Foucault and others, Reading Iconotexts treats pictures as encoded visual discourse and illustrations in books as counter-discourse. The author's persuasively argued polemic in favour of recognising the 'iconotext' as a viable advance in methodology is an important contribution to current debates on word and image.

Bringing together the latest insights from genetics and cyberculture, this book contends that all life can be conceived of as information. It explores future developments in genetics, both as a consequence of Darwinian natural selection and under the influence of genetic engineering. The ideas are illustrated by writing that draws on a range of surreal examples including hypermarkets containing every toy in the universe, pufferfish that think like flies, Peter Pan-like trips through human genes and creatures that evolve in months and not millennia. It argues that the future will be dominated by biological machines evolved artificially by a process of accelerated evolution which is called evolution compression.

Memoires van een vrouw van Zwitsers-Iraanse komaf, die een aantal jaren gehuwd was met een van de broers van Osama bin Laden.

Wetenswaardigheden in lijstvorm over het Nederlandse vorstenhuis.

Thematische bloemlezing van uitspraken door kroonprins Willem-Alexander (1967).

Columns over recente veranderingen in de Nederlandse samenleving.

Pleidooi voor een nieuwe vorm van ondernemerschap, die focust op kleine projecten, uitvindingen en kleinschalige samenwerkingsverbanden.

Throughout her explosive and tempestuous career, Edith Piaf cast a spell over all who came in contact with her. The little sparrow, as she was called, stood only four foot 10 and always performed in simple black. After her, popular singing would never be the same. This classic biography documents her meteoric rise from street urchin to a living legend whose power and influence were so great that she marked an entire generation of actors and singers, including Yves Montand and Charles Aznavour.

A chance encounter with a German taxidermist determined her lifework, and Maxwell soon devoted her boundless energy to hunting and mounting all forms of Rocky Mountain wildlife, which she displayed in unusual habitat settings in her museum in Boulder and later in Denver. Her spreading fame led to an invitation to exhibit her collection at the Philadelphia Centennial Exposition, where she achieved international renown.

Like that of other accomplished women of her era, Maxwell?s fame did not keep pace with the significant influence she had on her profession. Thanks to Maxine Benson, Martha Maxwell now takes her rightful place in the history of the West and of the nation.

Beknopte geschiedenis van het huis Oranje-Nassau, gevolgd door een overzicht van de koninklijke inhuldigingen in Nederland sedert 1814 en alles wat daarbij komt kijken.

Niet-westerse kunst krijgt nog altijd minder kansen in het officiële kunstcircuit. Wie daar verandering in wil brengen, geraakt onvermijdelijk in discussie over kwaliteits- en beoordelingscriteria. De centrale vraag is of de bestaande criteria niet meer adequaat zijn, of dat het kunstbegrip moet worden opgerekt. De Rotterdamse Kunststichting en de Phenix Foundation organiseerden in december 2002 een conferentie over criteria, onder de noemer 'De kunst van het kiezen, de keuze van de kunst'. In het kader van deze conferentie werden essays geschreven. Opgenomen zijn: Hoe representatief is een hamburger?, H. Beerekamp, Wereldmuziek bestaat niet, O. van der Pluijm. Kiezen of delen: de toepasbaarheid van inhoudelijke subsidiecriteria op niet-westerse dans en fusievormen', L. Saraber (een bewerking van haar scriptie waarmee ze de De Groene-Boekman scriptieprijs won) Kwaliteit en diversiteit in de kunst, S. Nekuee en Bart Top bezig te houden, zoals lezingen en essays. Recensie in: Boekman

De Rademakers Collectie op weg naar Rusland. Romantiek is de droom van volmaaktheid najagen. Aan het begin van de negentiende eeuw illustreerden kunstenaars de tijdgeest door de illusie te verbeelden. Een levensgevoel als antwoord op het kille realisme. Jef Rademakers werd gegrepen door de schilderijen van deze Hollandse en Vlaamse meesters. Zij schiepen voorstellingen die volkomen pasten bij zijn melancholische karakter. Hij begon de werken te verzamelen en stelde een collectie samen die nu door prominente musea als uniek wordt gekenmerkt. De Hermitage in Sint Petersburg opende de reeks musea die deze particuliere verzameling willen exposeren. In dit boek volgen we Jef Rademakers op zijn reis met de kunst naar Rusland. We maken onderweg kennis met zijn visie op deze kunststroming en de mensen die hem daarbij steunden en inspireerden. Een Romantische Reis is het verslag van een artistiek avontuur dat een heldere kijk geeft op een periode die dankzij Rademakers in het huidige tijdsbestek een nieuw elan krijgt.

In dit onderzoek nemen wij zeven publieke diensten onder de loep: primair en voortgezet onderwijs, ziekenhuiszorg, extramurale en intramurale verpleging en verzorging, politie en rechtspraak. De kosten van deze diensten stegen in de periode 1995-2010 meestal veel sneller dan de hoeveelheid product, ook nadat rekening is gehouden met de invloed van de geldontwaarding. De kostprijs per eenheid product - een behandeling in het ziekenhuis, het onderwijs aan een leerling op de basisschool, enzovoort - nam dus voortdurend verder toe. Valt de hogere kostprijs te verklaren door een verbetering van de kwaliteit en door een grotere doeltreffendheid van de dienstverlening? Daarvan blijkt in het algemeen geen sprake te zijn. De waardering bij de gebruikers van de onderzochte diensten bleef constant of daalde zelfs in bepaalde gevallen. Aanbieders klagen regelmatig dat hun dienstverlening door gebrek aan middelen onder druk staat. Berichtgeving in de media heeft soms een uitgesproken negatieve teneur. Als dat allemaal zo is, rijst onvermijdelijk de vraag: waar is al dat in de afgelopen vijftien jaar beschikbaar gekomen extra geld dan gebleven?

Door cijfers en feiten op een rijtje te zetten analyseert Syp Wynia in zijn wekelijkse columns in Elsevier hoe politiek en pressiegroepen elkaar een handje toesteken, zonder dat zij zich bekommeren om het belang van de Nederlandse burger. Politici, ambtenaren en instanties die van de overheid leven, volgen Wynia's columns daarom met argusogen: wie wordt er nu weer te grazen genomen. In Zoetzuur zijn zesenzestig spraakmakende columns gebundeld die Wynia tussen het voorjaar van 2002 en de zomer van 2006 in Elsevier publiceerde.